1.7 Begrippenlijst

Benaming Toelichting
Anodiseren Oppervlaktebehandeling voor aluminium, waarbij langs elektrochemische weg een ­oxydelaag van bepaalde dikte als bescherming wordt gevormd.
Bouwkundige constructie Dragende constructie waarlangs de optredende krachten naar de fundatie worden ­afgeleid.
Chromateren Chemische voorbehandeling van aluminium of verzinkt staal ter bescherming tegen ­corrosie door middel van het aanbrengen van een chromaatlaag.
Coating Een deklaag (nat- of poederlaksysteem) op een voorbehandeld oppervlak.
Component Onderdeel van een gevelelement zoals glas of een paneel.
Deur Beweegbaar deel in een scheidingsconstructie bedoeld om doorgang mogelijk te maken.
Dilatatievoeg Voeg die beweging van de gevelelementen ter plaatse van de voeg t.o.v. elkaar mogelijk maakt.
Elektrolytisch verzinken Het langs elektrochemische weg aanbrengen van een zinklaag op staal ter bescherming tegen corrosie.
Enkelvoudige gevelbekleding Plaatwerk gemonteerd aan de gevel met als belangrijkste functie het geven van een esthetische waarde aan de gevel.
Fosfateren Chemische behandeling van staal als maatregel ter bescherming tegen het optreden van corrosie en/of voor het verkrijgen van hechting, door middel van het aanbrengen van een fosfaatlaag.
Geïsoleerd profiel Staafmateriaal van een constante doorsnede, thermisch gescheiden door een ‘isolator’ van een ander materiaal (meestal kunststof) en met een aanzienlijk geringer thermisch ­geleidingsvermogen dan de aluminium of stalen profielen die uit één stuk bestaan.
Gesloten voeg Met toevoeging, meestal kit of rubber, afgedichte voeg.
Gevelelement Fabrieksmatig met behulp van raamwerken vervaardigd zelfdragend bouwdeel, zoals kozijn, raamstrook en/of pui, met vaste vullingen en/of beweegbare delen met toebehoren, bestemd voor toepassing als (gevelvulling in een) uitwendige scheidingsconstructie.
Gevelelement Fabrieksmatig met behulp van raamwerken vervaardigd zelfdragend bouwdeel, zoals kozijn, raamstrook en/of pui, met vaste vullingen en/of beweegbare delen met toebehoren.
Glasdak Een zelfdragende beglaasde uitwendige scheidingsconstructie in een dakvlak.
Hoogbouw Gebouwen met een dakrandhoogte van meer dan 70 meter.
Horizontale raamstrook Op elkaar aansluitende gevelelementen die in een horizontale strook worden aangebracht tussen de vloeren en/ of borstweringen, maar vóór de wanden.
Ingangskeuring Keuring door de VKG-gevelbouwer van de aangeleverde materialen.
Kier Bedoelde of onbedoelde spleetvormige opening in een aansluitconstructie.
Kozijn Raamwerk dat bestemd is om in een bouwkundig kader te worden bevestigd, eventueel met behulp van een stelkozijn of stellijst.
Lakken Zie bij coating.
Moffelen Het geforceerd uitharden van een coating onder invloed van een verhoogde temperatuur.
Naad Aansluiting tussen (bouw-)delen, die kennelijk niet bedoeld is om die delen ten opzichte van elkaar (door bediening of anderszins) te laten bewegen.
Natlak Een nat aangebrachte coating. Voor het uitharden kan gebruik gemaakt worden van moffelen, maar dit is niet per definitie noodzakelijk.
Omtrekspeling De ruimte tussen het bouwkundige kader en het gevelelement bedoeld om maattoleranties op te vangen.
Opdrachtnemer VKG-gevelbouwer.
Open voeg Niet afgedichte voeg.
Poederlak Een in poedervorm aangebrachte coating, waarbij uitharding plaatsvindt door middel van moffelen.
Poederlakken Het aanbrengen van een coating door middel van moffelen van een langs elektrostatische weg op het werkstuk neergeslagen lak in poedervorm.
Pui Een gevelvulling samengesteld uit aan elkaar gekoppelde kozijnen.
Raam Kader t.b.v. beglazing of andere vakvullingen.
Roestvaststaal Bevestigingsmiddelen van roestvaststaal dienen van kwaliteit 304 of 316 te zijn of beter, waarbij 304 overeenkomt met A2 kwaliteit en 316 overeenkomt met A4 kwaliteit.
Ruit Op maat gemaakte glasplaat om te worden toegepast in een scheidingsconstructie.
Scheidingsconstructies Constructies bedoeld om bouwkundige ruimtes af te schermen van de buitenatmosfeer of van elkaar.
Schooperen (zinkspuiten) Het door middel van vlamspuiten van zinkdraad of -poeder aanbrengen van een zinklaag op staal.
Sendzimir verzinkt plaatmateriaal Plaatmateriaal dat als vlak bandstaal, in een continu proces, door een zinkbad wordt geleid, waardoor een dunne laag zink op het staal achterblijft.
Serre Een zelfdragende beglaasde uitwendige scheidingsconstructie samengesteld uit op elkaar aansluitende gevel- en dakelementen. De bouwkundige constructie en fundering maken geen onderdeel uit van het begrip serre in dit document.
Sluitnaad De aansluiting tussen een bewegend deel en kozijn.
Stelkozijn Lucht- en waterdicht constructief element in een aansluitconstructie, geschikt als aanslag voor het monteren van een raamwerk (kozijn of pui) in een bouwkundig kader.
Stellijst Plaatachtig constructief element in een aansluitconstructie, geschikt als aanslag voor het monteren van een raamwerk (kozijn of pui) in een bouwkundig kader.
Structurele beglazing De ruiten worden niet in sponningen opgenomen maar door mechanische bevestiging tegen de achterliggende constructie bevestigd d.m.v. schroefverbindingen.
Structural Sealant Glazing (SSG beglazing) De ruiten worden niet in sponningen opgenomen maar door “lijmen” of “verkleven” tegen de achterliggende constructie bevestigd, al dan niet ondersteund om het gewicht van het glas op te vangen.
Thermisch verzinken Het door middel van dompelen in gesmolten zink aanbrengen van een zinklaag.
Vakvulling Glas of niet zelfdragende sandwichconstructies (-panelen), die toegepast worden in vliesgevels, elementengevels en kozijnconstructies als invulling van een vak met een kader.
Verticale raamstrook  Op elkaar aansluitende gevelelementen die in een verticale strook worden aangebracht tussen de wanden maar vóór de vloeren. Die gevelelementen kunnen kozijnen zijn maar ook panelen.
Verzinken Het aanbrengen van een zinklaag.
Vliesgevel Zelfdragend uitwendige scheidingsconstructie, ter plaatse in het werk opgebouwd uit gevelelementen en/of een stijl- en regelwerk van profielen tot een systeemwand, welke door verankering aan de achterliggende bouwconstructie is bevestigd en waarin beweegbare delen en/of vullingen met toebehoren zijn opgenomen.
VKG-gevelbouwer  Gevelbouwer in bezit van VKG Keurmerk®.
VKG Keurmerk® Bewijs dat een gevelbouwer gekwalificeerd is als VKG-gevelbouwer.
Voeg Een ten behoeve van dichting met een afdichting gevulde naad, teneinde voor de betreffende toepassing een doeltreffende duurzame afdichting te realiseren.
Zelfdragend gevelelement Gevelelement dat geen externe constructieve krachten kan opnemen.