4.3.5 Condensatie

Hoe hoger de temperatuur van lucht, des te meer waterdamp kan worden opgenomen. Onder normale omstandigheden is er in een gebouw minder waterdamp in de lucht opgenomen dan mogelijk is. Dit is vooral het geval als er een centrale verwarmingsinstallatie is. De relatieve vochtigheid kan dan zelfs onaangenaam laag worden. Als lucht afkoel, vermindert de opnamecapaciteit voor waterdamp. Als de lucht koud genoeg wordt, zal op een bepaald ogenblik het dauwpunt zijn bereikt. De lucht is dan verzadigd met waterdamp. Een verdere afkoeling heeft tot gevolg dat er condensatie optreedt en de damp vloeistof wordt. Het vocht zal zich als condens het eerst op de koudste vlakken afzetten.